Wat toerisme kan leren van de donut economie

In 2019 was ik een van de eersten die het model van de donut economie concreet in verband bracht met toerisme. Ik schreef een blog post over de duidelijke verbanden tussen de ideeën over de donut en wat er zich afspeelt binnen de toeristische sector. Het artikel ontving talloze reacties van mensen vroegen me of ik meer wist over hoe het zich zou kunnen vertalen naar concrete projecten? Of hoe het zou kunnen helpen bij het meten van duurzaamheid in het toerisme?

Ik was toen halverwege mijn PhD-project en begon met de gedachte te spelen om in toekomstig onderzoek de toepasbaarheid van het model verder te onderzoeken. In wetenschappelijk onderzoek betekent dit normaal gesproken interviews houden of een enquête uitzetten. Maar omdat het donutmodel is ontworpen om verandering teweeg te brengen, dacht ik: waarom zou ik het niet precies daarvoor inzetten? Ik ontwierp een workshop waarin ik de potentie van de donut economie onderzocht om zeven toeristische bestemmingen in Nederland te helpen verduurzamen. Dit is wat het toerisme kan leren van de donut economie.

Wat is donut economie en hoe kan het in het toerisme ingezet worden?
Het model van de donut economie is een economisch model ontwikkeld door Kate Raworth en heeft de vorm van een donut. Het basisprincipe van de donut economie is dat het een alternatief economisch model vormt dat indruist tegen het idee dat we altijd moeten streven naar groei in onze samenleving. Duurzaamheid wordt in het model weergegeven door 21 verschillende aspecten die ofwel in het sociale fundament ofwel in het ecologische plafond zijn gepositioneerd. De binnenste ring van de donut vertegenwoordigt het sociale fundament dat bestaat uit voorzieningen waar iedereen toegang toe zou moeten hebben, zoals een eerlijk inkomen, een goede leefomgeving en een veilige omgeving. Aan de buitenkant van de donut vinden we het ecologisch plafond. Het ecologisch plafond bestaat uit indicatoren als luchtvervuiling en klimaatverandering en wordt in onze huidige samenleving vaak overschreden als gevolg van toenemende welvaart. Een van de belangrijkste principes van de donut economie is het streven naar een evenwicht tussen welvaart en klimaat, in plaats van zich primair te richten op welvaart en economische groei. Groei van de economie is met dit model alleen gewenst als dit ten goede komt aan het in stand houden van dit evenwicht.

Credit: Kate Raworth en Christian Guthier. CC-BY-SA 4.0. Bron: Raworth, 2017.

In toerisme is de groei van bestemmingen ook beperkt. Geen enkele plaats kan eeuwig groeien en een onbeperkt aantal bezoekers ontvangen. De donut economie daagt ons uit om op een andere manier over toerisme na te denken. In plaats van te focussen op groeiende bezoekersaantallen of uitgaven, is het de bedoeling om na te denken over hoe toerisme zou kunnen bijdragen aan sociale en ecologische duurzaamheid. Daarmee is toerisme geen doel op zich, maar een middel om andere vooropgestelde doelen te behalen. De vraag wordt dan: op welke manieren kan toerisme bijdragen aan de sociale en ecologische duurzaamheid van een plek? En zijn daarvoor meer of minder bezoekers nodig?

Hoe werkt het toepassen van donuteconomie op toerisme in de praktijk?
Tijdens de workshops staat de vraag ‘hoe kan toerisme bijdragen aan één of meerdere aspecten van het donut economiemodel?’ centraal. Om te weten hoe toerisme kan bijdragen aan de duurzaamheid van een plek, is het ook van belang om te weten wat er op de bestemming nodig is. Het uitgangspunt is dus om te onderzoeken wat de uitdagingen van een bepaalde bestemming zijn en wat gewenst wordt door de stakeholders, waarvan één van de belangrijkste de bewoners zijn. De volgende stap is om na te denken over de manieren waarop toerisme een antwoord kan zijn op deze behoeften en uitdagingen. Vervolgens kunnen er specifieke projecten of strategieën bedacht worden die daarop aansluiten.

Als er bijvoorbeeld wordt aangegeven dat er (te) weinig voorzieningen zijn zoals openbaar vervoer of winkels, hoe kan toerisme daaraan bijdragen? Als betaalbaar wonen (gedeeltelijk) op het spel staat vanwege het toerisme, op welke manieren kan het toerisme dan deze druk op de woningmarkt verlichten? Dit alles valt onder het sociale fundament van de donut in het toerisme. Tegelijkertijd kunnen we, als we naar het ecologische plafond kijken, factoren als luchtvervuiling meenemen. Hoe kan toerisme mogelijk bijdragen aan het verbeteren van de luchtkwaliteit? Of een rol spelen in het terugdringen van de plasticvervuiling?

De kracht van het donut model is dat het de potentie heeft om meerdere aspecten van de donut met elkaar te verbinden. Een van de uitdagingen is dan ook om te zoeken naar manieren om zowel sociale als ecologische duurzaamheid in projecten te combineren. Bijvoorbeeld het tegelijkertijd aanpakken van luchtvervuiling en mobiliteit (toegang tot netwerken). Stel, op bestemming X is er een gebrek aan openbaar vervoer. Dit zorgt voor een tekort in het sociaal fundament omdat dit verminderde mobiliteit veroorzaakt voor bewoners die niet kunnen autorijden of geen auto hebben. Door toeristen te stimuleren meer gebruik te maken van het openbaar vervoer kan de frequentie van het openbaar vervoer worden verbeterd. Naast het vergroten van de mobiliteit voor de bewoners, draagt dit ook bij aan het terugdringen van de luchtvervuiling op de bestemming. In de eerste plaats omdat toeristen gebruik maken van het openbaar vervoer, en in de tweede plaats omdat de toegenomen frequentie bewoners er wellicht ook toe kan aanzetten vaker van deze dienst gebruik te maken.

Wat kan het inzetten van de donut economie binnen toerisme opleveren?
De workshops zijn bedoeld om bestemmingen hun toeristische strategieën te laten heroverwegen. De workshops geeft bestemmingen een beter idee van welke aspecten meegenomen kunnen worden bij het werken aan de ontwikkeling van duurzaam toerisme en hoe deze aan specifieke projecten gekoppeld kunnen worden. Op die manier kan de donut economie voor DMO’s, gemeenten en andere spelers uit de sector een instrument zijn om een duidelijker beeld van duurzaamheid te hebben.

Dankzij de workshops kunnen bestemmingen concrete ideeën ontwikkelen die aansluiten bij meerdere aspecten van het donut model, waarbij zowel sociale als ecologische duurzaamheid worden gecombineerd. Zo werden er tijdens de voorgaande workshops bijvoorbeeld plannen ontwikkeld waarbij duurzaamheid in bredere zin gezien wordt en toerisme wordt ingezet als middel om andere doelen te bereiken. Voorbeelden hiervan zijn het herstel van de natuur door toerisme of het inzetten van toerisme om infrastructuur en voorzieningen te verbeteren. Tegelijkertijd zijn er ook plannen die zich vooral richten op specifieke stappen binnen de sector (bijvoorbeeld het terugdringen van plastic in hotels) of het verminderen van negatieve effecten (zoals het compenseren van CO2). Hoewel deze relevant kunnen zijn, moeten ze wel gezien worden als onderdeel van het grotere geheel.  Op zichzelf staand dragen ze niet noodzakelijkerwijs bij aan de bestemmingsbrede uitdagingen op het gebied van duurzaamheid.

Voor sommige bestemmingen dient de workshop als een eerste stap om meer duurzaamheid in hun dagelijkse werk te integreren, met kleinere stappen zoals het aanpassen van website-informatie over duurzame opties of het ontwikkelen van duurzame rondleidingen door de stad. In andere gevallen vormt de workshop de basis voor een volledig duurzaamheidsplan of -visie die een duidelijk overzicht biedt van alle stappen die verschillende belanghebbenden kunnen zetten om zowel sociale als ecologische duurzaamheid te ontwikkelen.

Geïnteresseerd in wat de donut economie voor jouw organisatie kan betekenen? Neem contact met me op via shirley@paradisefound.nl

Share this post

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *